Je ziet acht plaatjes; vier (a,b,c,d) afstanden
en vier (e,f,g,h) snelheden. De plaatjes geven een schets van
de beweging van een fietser in een straat. Een stilstaande
persoon kijkt naar de fietser en tekent de plaatjes: de afstand
is dus de afstand tot deze stilstaande persoon. De stilstaande
persoon begint met tekenen helemaal links op de tijdas en tekent
dan gedurende een tijdje de afstand tot de fietser.
Fase1 plaatjes kiezen
Zoek eerst eens uit welke plaatjes bij elkaar horen; dus welke
snelheid hoort bij welke afstand. Schrijf achter a, b,c,d
welke letter uit de letters e,f,g,h er bij hoort.
Naar het Forum
Open het forum: snelheid en afstand.
Schrijf je resultaat in het forum: a? , b?, c?, d?
Vergelijk jouw tweetallen met die van je partner!
Er zijn nu twee mogelijkheden: jullie zijn het eens (ga naar
eens) of jullie zijn het oneens (ga naar oneens).
Eens
of oneens
Je bent het eens, maak dan met elkaar een uitleg voor iemand
anders, zodat deze derde persoon kan begrijpen waarom jullie
voor deze invulling hebben gekozen. Probeer het met elkaar
eens te worden over de uitleg!
Je bent het oneens, dus nu de tijd elkaar te overtuigen en
de mening bij te stellen. Vind argumenten om elkaar te overtuigen
en maak met elkaar nieuwe keuzes. Probeer wel samen tot uiteindelijk
1 eindtabel te komen.
Presentatie: verhaal
Schrijf samen met je partner bij elke tweetal plaatjes een
korte tekst waarin je beschrijft hoe je zelf als je loopt of
fietst als je volgens de plaatjes gaat lopen of fietsen.
Jij schrijft bijvoorbeeld voor de eerste rij en de ander voor
de tweede. Je leest elkaars tekst en vult aan. Samen tot een
tekst van niet meer dan 3 regels proberen te komen!
|